Beschrijving
Het tienstammenrijk is weggevoerd naar Assyrie.
Een van de weggevoerden is Nehemia, een schenker aan het hof van koning Arthahsasta. Hij is een godvrezende en biddende Jood die van de koning de opdracht krijgt om de muren van Jeruzalem te herbouwen. Daarbij ondervindt hij veel tegenstand van de vijanden Sanballat en Tobia, maar de muren worden in korte tijd hersteld en plechtig ingewijd. De profeet Ezra leest de wet des Heeren voor en het volk besluit de sabbatten en de ceremoniele feesten in eer te herstellen. Zij bidden tot God om vergeving voor hun zonden en om Gods gunst. Als zijn werk klaar is, keert Nehemia terug naar Assyrie om zijn taak als schenker weer op zich te nemen. Niet lang daarna moet hij opnieuw naar Jeruzalem, omdat het volk zich vermengt met de Moabieten en de Ammonieten. Dan verdrijft hij ook de goddeloze Toba die inmiddels in het voorhof van de tempel woont. Uit deze niet zo bekende geschiedenis blijkt duidelijk dat de Heere altijd aan Zijn kinderen denkt en dat het in de moeilijkste omstandigheden waar blijft: De Heere bouwt Jeruzalem; Hij vergadert Israels verdrevenen (Ps. 147:2).